Het laatste reisverslag (voorlopig)! - Reisverslag uit Gascoyne Junction, Australië van Paul & Inèz - WaarBenJij.nu Het laatste reisverslag (voorlopig)! - Reisverslag uit Gascoyne Junction, Australië van Paul & Inèz - WaarBenJij.nu

Het laatste reisverslag (voorlopig)!

Blijf op de hoogte en volg Paul & Inèz

23 Oktober 2013 | Australië, Gascoyne Junction


Als je het relatief onbekende Millstream-Chichester National Park nadert, zie je het landschap voor je ogen veranderen. Dit National Park ligt op de weg naar het veel bekendere Karijini National Park, maar wij hadden Millstream-Chichester niet willen missen! We vonden het landschap echt heel mooi! Glooiende heuvels bedekt met dotjes spinifexgras in allerlei tinten grijs (hihi) en groen en vol met zwarte rotsen. Dotjes gras? Ja, spinifex groeit niet zoals het gras in Nederland, maar in een soort van bolletjes, uiteenlopend van hele kleine bolletjes (10 cm ofzo) tot hele grote bollen (1 meter in doorsnede, maar dat zouden ook meer kleine bolletjes bij elkaar kunnen zijn). Eigenlijk lijkt het meer op een struik of een plant dan op gras, je kunt er dan ook niet overheen lopen. De sprieten zijn superscherp, als ze langs je been krassen tijdens het wandelen doet dat serieus pijn. Het was ook mooi omdat er voor het eerst sinds tijden wat meer kleur in het landschap zat door de prachtige bloemen (vooral paarse pluimachtige 'Mulla Mulla' en de rode 'Sturt Desert Pea' met zijn bijzondere vorm).

Over Karijini National Park hadden we al vaak gehoord dat het een 'must-see' is in Western Australia. Wij waren dan ook heel benieuwd. Binnen het National Park bevinden zich iets van acht gorges en vele kleine en grotere watervallen. Sommige gorges zijn begaanbaar voor individuen, andere alleen met een tour, omdat je alleen met de juiste uitrusting kan klimmen, abseilen en drijven. We hadden graag zo'n tour willen doen, maar die waren helaas erg duur. Dus wij zijn zelf onderin en bovenlangs de gorges gaan wandelen. Hoe meer we van het park zagen, hoe gaver het werd. De dichtsbijzijnde gorge bij onze camping, Dales Gorge, was relatief makkelijk begaanbaar. Van de camping naar de gorge was 5 minuten lopen, en vanaf daar had je een afdaling van ongeveer 10 minuten naar beneden de gorge in, die leidde naar de Fortescue Falls, waar meteen twee plekken waren waar je kon zwemmen. Eén dag hebben we (nou ja... Paul) die afdaling gedaan met een koelbox, en hebben we heerlijk gechilld bij de waterval, beetje gelezen, af en toe een duik genomen en gepicknickt. De volgende dag hebben we de gorge verder bewonderd, eerst zijn we bovenlangs de gorge gewandeld, waar je onder je in de duizelingwekkende diepte van de gorge kon kijken. Aan het einde van de gorge kon je dan een steile afdaling nemen, die uitkwam bij Circular Pool. Nadat we daar gezwommen hadden, namen we de terugweg benedenlangs. In de gorge stond water, maar niet over de hele breedte (zoals bijvoorbeeld bij Lawn Hill in Queensland wel het geval was). Je kon daardoor lopend de hele gorge door, waarbij je regelmatig het water over moest steken (meestal lagen er wat stenen zodat je droge voeten kon houden) en soms moest je een stukje over de rotsen aan de zijkanten van de gorge klauteren.
De laatste dag die we in Karijini doorbrachten, zijn we in twee gorges (Hancock Gorge en Weano Gorge) geweest die een stuk spannender waren om doorheen te komen. Op sommige stukken van deze wandelingen stond het water wel over de hele breedte van de gorge, dus moesten we daadwerkelijk langs de wanden van de rotsen klimmen, of door het ijskoude water waden/zwemmen. In Hancock Gorge moesten we door een rotsspleet van ongeveer een meter breed klauteren, met onderin supergladde rotsen en snelstromend water (hier kwamen onze rotsklim-technieken goed van pas, waar we met onze rug tegen de ene kant van de spleet leunden, en onze voeten tegen de andere kant duwden, en zo, zwevend boven het water vooruit schuifelden). In Weano Gorge moesten we, met behulp van een ijzeren stang, langs een steile waterval naar beneden om uit te komen bij de prachtige Handrail Pool. Daar moesten we onze spullen achterlaten, om nog verder de gorge in te kunnen zwemmen (k-k-koud). Bij beide gorges werd het 'einde' aangegeven door een versperring met een touw dat over de breedte van de gorge liep. Met de tour gaan ze dan nog wel verder, maar wij mochten niet verder omdat je er voldoende klim- en abseilervaring, een goede uitrusting en officiele toestemming voor nodig hebt, en wij hadden geen van die drie dingen. Gelukkig waren de tochten door de gorges al zo avontuurlijk dat de keuze om geen tour te doen niet zo erg was.

Vanuit Karijini zijn we naar Tom Price gegaan, waar we een tour door een grote ijzerertsmijn hebben gedaan. Voor ons staat Australië wellicht bekend om de prachtige natuur (witte zandstranden, gorges, uitgestrekte woestijn, tropisch regenwoud, koraalrif, outback, etc.) en (al dan niet unieke) wilde dieren (iedereen kent de kangaroe en de koala natuurlijk, maar ook de voor jullie minder bekende emu, dingo, cassowarie, wombat en platypus vind je alleen in Australië), de belangrijkste inkomstenbron van het land is niet toerisme, maar de mijnbouw. En al heeft Western Australia relatief de minste inwoners van alle staten (het is een enorm grote staat), ze brengen het meeste geld in het laatje met de vele mijnen. Wij merken dit vooral doordat alles in deze staat verschrikkelijk duur is, benzine, boodschappen, accommodatie, etc. Het was interessant om in Tom Price wat meer te leren over de mijnen.

Volgende stop was Cape Range National Park, en dan eigenlijk vooral om Ningaloo Reef Marine Park te bewonderen. Ningaloo is het grootste koraalrif van Australië, 300 km lang! En het grote voordeel is dat grote delen van dit rif heel dichtbij de kust en ondiep liggen. Soms hoef je maar een meter het water in om te kunnen snorkelen en de prachtigste vissen te bekijken. Op één plek was een 'drift snorkel', wat betekent dat er een sterke stroming is, waardoor je niet hoeft te zwemmen, maar met de stroming mee kan drijven. We hebben een wegwerpcamera gekocht voor onder water, maar die is nog niet vol, dus we kunnen geen foto's plaatsen (sowieso zwommen de vissen steeds weg als we een foto wilden maken, haha). Omdat het hier schoolvakantie was de afgelopen twee weken, was het heel erg druk in Cape Range National Park. Veel mensen uit het zuiden (omgeving Perth) komen deze kant op voor de schoolvakantie. Daardoor konden wij alleen kamperen op de 4wd-campings. Hiervoor moest je de Yardie Creek oversteken. Er stond geen water in Yardie Creek, maar het was wel supermul zand. De eerste twee keer kwamen we er probleemloos doorheen, de derde keer kwamen we vast te zitten. Dat was wel even spannend, maar nadat we onze complete 4wd-trukendoos hadden opengetrokken (meer lucht uit de banden laten, zand rond de wielen en onder de auto weggraven, en onze MaxTraxx, een superhandige tool om weer grip te krijgen, zie foto, onder de voorwielen), konden we er gelukkig weer uit rijden.

Via een 4wd-track door de duinen zijn we verder gereden naar Coral Bay. Coral Bay is een heel klein plaatsje, bestaande uit twee campings, een hostel, een resort en een supermarkt, liggend aan een mooie baai met een zandstrand en prachtige turquoise-kleurige zee. De zee bij Coral Bay maakt ook onderdeel uit van het Ningaloo Reef, en ook hier zit een drift snorkel, eerst 1,5 km lopen langs het strand, en je dan langs het koraal en de visjes weer terug
Bijzonder bij Coral Bay vonden wij dat als je vervolgens een kilometer de andere kant oploopt langs het strand, er een broedplaats van haaien (reefsharks) is. Vanaf het strand kun je tientallen (kleine) haaien zien zwemmen, en we hebben ook een aantal grote pijlstaartroggen gezien, supergaaf! Maar wel een gek idee dat je een paar kilometer verderop rustig aan het snorkelen bent. We hadden in Coral Bay een boottour geboekt om te zwemmen met hele grote roggen (3-4 meter, mantarays heten ze), en ook walvissen, schildpadden en andere dieren te spotten en te snorkelen wat verder op het koraalrif. Helaas ging de tour niet door, omdat er niet genoeg deelnemers waren, terwijl de dag ervoor de tour vol zat en we daardoor niet mee konden! :(

Na alle bijzondere ervaringen van de afgelopen maanden is het nu 'helaas' tijd geworden om te gaan werken. De bodem van de spaarpot begint na een dikke 5 maanden onafgebroken reizen in zicht te komen. Daarnaast zijn we er inmiddels ook zeker van dat we langer dan 1 jaar willen blijven. Dat betekent dat we ons visum met een jaar moeten verlengen, en dat kan alleen als we drie maanden seizoensarbeid hebben gedaan (bijv. op een station werken, fruit plukken, in de bouw). Hiervoor zijn we vanuit Coral Bay naar Carnarvon gereden. De streek rondom Carnarvon is een van de grootste leveranciers van groente en fruit voor Western Australia. Een mooie basis dus om te zoeken naar werk. Ons doel was om tijdens de wintermaanden het noorden van Australië te bekijken, om de kou in het zuiden te vermijden, en om voor het regenseizoen, dat in november begint, weer uit het noorden weg te zijn.

Ons wensenlijstje qua werk bestaat uit:
• werken in een wijngaard
• werken in een leuke koffiebar
• werken op een 'station' (soort boerderij met vee, vaak schapen en/of koeien. Denk niet aan nederlandse boerderijen met een paar omheinde weilanden met prachtig groen gras, rondom een huis, waar de boer lopend zijn hele land over kan, maar aan een enorm stuk outback van soms wel honderden kilometers)

Op de camping in Carnarvon spraken we met een paar Italianen die aan het werk waren bij een uienteler. Het betaalde $50 per kistje en ze zeiden dat als je snel werkt je 4 kistjes per dag kon vullen, $200 per dag is een prima salaris. Maar het leek ons niet echt leuk werk om hele dag uien uit de grond te trekken (stond niet op ons wensenlijstje, haha), het is extreem eentonig en zwaar voor je rug. Dus wij hebben het telefoonboek erbij gepakt en zijn 'stations' in de omgeving op gaan bellen. Na heel veel telefoontjes hebben we uiteindelijk een boer gevonden die werk voor ons had, ongeveer 4 uur rijden ten noord-oosten van Carnarvon, letterlijk in the middle of nowhere.

Vandaag is alweer onze 11e werkdag (aan één stuk)! Vandaar; 'ons laatste reisverslag!'. Volgende keer een 'werkverslag' met meer over ons 'station life' :)


Wist je dat:

- We de laatste dagen van onze reis zelf brood gemaakt hebben? Supersimpel en erg lekker! (recept: mix zelfrijzend bakmeel, wat zout en wat suiker met water tot een mooi deeg, dat niet meer aan je vingers plakt, maar ook niet te droog is. Goed kneden. Minuutje of 15-20 in een hapjespan, halverwege omdraaien. En smullen maar!! Je kunt natuurlijk ook allemaal lekker dingen toevoegen, zoals gedroogde vruchten, nootjes of zelfs pastasaus voor een pizzabrood!)

- Op de dag van de begrafenis van een Aboriginal zijn er alcohol restricties in de plaatselijke bottle shop. We weten niet precies waarom dit is. Misschien omdat ze geen dronken mensen bij de begrafenisdienst willen hebben, of misschien omdat ze niet willen dat de mensen van heinde en verre komen om zich te bezatten en vervolgens weer in de auto terug rijden... De restrictie is dat je niet meer dan 2 flessen wijn mag kopen per persoon (hoewel dat toch genoeg is om in ieder geval behoorlijk aangeschoten te raken).

- Aboriginals de naam en afbeelding van iemand die gestorven is niet meer gebruiken, omdat ze geloven dat wanneer iemand dood is hij die persoon (met die naam en zoals hij eruit zag) niet meer is.


  • 29 Oktober 2013 - 14:28

    Bert Oudelaar:

    Hoi Paul en Inez,

    Was weer een heerlijk verhaal om te lezen. Wat een leuke dingen doen jullie en maken jullie mee. Jaloers makend :)! Trouwens ook mijn complimenten voor de foto's. Ze worden echt steeds beter. Er zitten mooie composities bij!

    Veel succes met werken, was het maar zo eenvoudig hier een baan te scoren.

    Groet,
    Bert

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Gascoyne Junction

Paul & Inèz

Actief sinds 12 April 2013
Verslag gelezen: 599
Totaal aantal bezoekers 28097

Voorgaande reizen:

01 Mei 2013 - 30 April 2015

Australië

Landen bezocht: